De Federal Reserve heeft woensdagavond voor de vierde keer dit jaar de rente in de Verenigde Staten verder verhoogd. Voor 2019 verwacht de centrale bank minder renteverhogingen dan eerder werd aangenomen.
Het belangrijkste rentetarief gaat wederom met een kwart procentpunt omhoog naar een bandbreedte van 2,25-2,50 procent. Hiermee is het rentetarief op het hoogste punt gekomen sinds de financiële crisis in 2008 uitbrak. Voor volgend jaar verwacht de Fed twee renteverhogingen nodig te hebben, voorheen werd nog uitgegaan van drie renteverhogingen in 2019.
Druk op de Fed
De centrale bank heeft in de afgelopen weken herhaaldelijk kritiek gekregen van voornamelijk president Trump vanwege de vele renteverhogingen. Volgens de president van de VS is de Fed de oorzaak voor de slecht presterende aandelenbeurzen. Renteverhogingen zorgen er immers voor dat geld lenen duurder wordt, wat de economische groei niet ten goede komt.
In zijn toelichting benadrukte Fed-voorzitter Jerome Powell echter dat druk van buitenaf op geen enkele manier een rol speelde bij het besluit van de centrale bank om de renteverhogingen voor 2019 naar beneden bij te stellen. De financiële markten gingen reeds uit van een renteverhoging in december. Desondanks doken aandelenbeurzen na de bekendmaking van het rentebesluit verder omlaag. Beleggers hadden gehoopt dat de Fed nóg terughoudender zou zijn met het opvoeren van de rente.
De Dow Jones en S&P 500 daalden na de aankondiging met 1,5 procent. Het is overigens de zevende keer dat de S&P 500 daalt tijdens een rentebesluit van de Fed sinds Jerome Powell aan de macht is. Een nieuw record. De AEX-index daalde rond het middaguur 1,5 procent. De Duitse DAX en de Franse CAC-40 leverden tot 1,5 procent in. De FTSE in Londen levert 0,4 procent in.