De Italiaanse banken Banca Popolare di Vicenza en Veneto Banca zijn de volgende die in de rij staan om met belastinggeld gered te worden. De twee banken hebben in totaal 6,4 miljard euro nodig. Dit melden anonieme bronnen aan persbureau Bloomberg.
Volgens Bloomberg zijn de Europese Centrale Bank (ECB) en het Italiaanse ministerie van financiën maandag bij elkaar gekomen in Brussel om te praten over herkapitalisatie van de banken. De herkapitalisatie is volgens bronnen van preventieve aard en kan worden gebruikt om obligatiehouders en spaarders die buiten het depositogarantiestelsel vallen te ontzien. Vreemd genoeg zijn beide banken naar maatstaven van de ECB solvabel genoeg. Dit is echter een voorwaarde die de ECB stelt om banken met staatsteun te redden.
Rating Italië in het geding
Italië gaat al langer gebukt onder een bankencrisis. Uit de meest recente cijfers van de European Banking Authority blijkt dat in 2016, 5,1% van alle Europese leningen ‘non-performing loans” (NPLs) waren. Een groot gedeelte van deze NPLs (ongeveer 30%) zijn in het bezit van Italiaanse banken. In de grafiek hieronder is de ontwikkeling van Italiaanse NPLs in kaart gebracht.
Wanneer Italië teveel banken blijft redden van een ondergang kan de rating van het land in gevaar komen. Hiervoor waarschuwt kredietbeoordelaar Fitch dinsdag. Volgens Fitch heeft het land al een hoge staatsschuld van 133 procent ten opzichte van het bruto binnenlands product, en kan deze door diverse reddingsoperaties van banken verder oplopen.